Asielzorgen als symptoom van andere problemen
Het kabinet bijt zich vast op asielvermindering, maar angst voor asielzoekers komt vaak voort uit onzekerheid over huizen, zorg, inkomen. Daarvoor is investeren in bestaanszekerheid effectiever dan een asielstop.

Het huidige kabinet zet zwaar in op het verminderen van de instroom van asielzoekers in Nederland, onder meer met twee asielwetten waar de Raad van State deze week uiterst kritisch op reageerde. Daarmee geeft het kabinet gehoor aan het gevoel van veel Nederlanders: door de komst van asielzoekers zouden onder meer de toegang tot huisvesting en goede zorg in gevaar komen. Asiel is zo het doelwit geworden van het gepolariseerde debat tussen politieke partijen en in de publieke ruimte. Ik pleit voor een ander perspectief. Kijk waar de zorgen van mensen vandaan komen en neem maatregelen waardoor mensen weer grip krijgen op hun bestaan. Want in het gepolariseerde debat dreigt de aandacht voor de echte problemen naar de achtergrond te verdwijnen, terwijl het daar juist over zou moeten gaan.
Veel mensen maken zich zorgen over migratie, blijkt uit het ‘Continu onderzoek burgerperspectieven’ van het Sociaal en Cultureel Planbureau van december 2024. Een grote groep vindt dat we eerst de problemen in ons eigen land moeten oplossen voordat we de blik naar buiten richten. Dat geldt zeker voor mensen die niet goed meekomen en zich onvoldoende gehoord voelen door de politiek. Zij vrezen dat het leven nog moeilijker wordt als we schaarse zaken als woonruimte, zorg en onderwijs delen met nog meer mensen. Ook hebben zij het gevoel dat hulp aan mensen die hiernaartoe komen soms voorrang heeft op hulp aan de mensen die hier wonen.
Deze zorgen weerspiegelen een dieperliggend gevoel van onbehagen: de angst dat het de verkeerde kant op gaat met Nederland. Meer dan de helft van de Nederlanders vreest dat hun kinderen en kleinkinderen het minder goed krijgen dan zij. Mensen storen zich aan de politiek die er maar niet in slaagt om de problemen in ons land op te lossen. Gevolg is dat mensen het gevoel van grip op hun leven kwijt zijn. Dat gebrek aan grip leeft het sterkst bij mensen met weinig ‘hulpbronnen’, zoals een toereikend inkomen, een goede gezondheid en een ondersteunend sociaal netwerk. En de vrees dat het minder goed gaat, is best reëel. De naoorlogse periode van groei ligt immers achter ons. In combinatie met de klimaatproblematiek, vergrijzing en geopolitieke spanningen, is de hang naar vroeger begrijpelijk en de angst voor het vreemde niet zo gek.
Lange adem
Er heerst een neiging om, zoals we zien bij het kabinet en rechtse politieke partijen, te focussen op instroombeperkende maatregelen. Daarmee komt de politiek tegemoet aan de zorgen van mensen. Ook is er serieuze aandacht voor de problemen rond onbeheersbare asielstromen en het identificeren van veiligelanders. Groot nadeel is echter dat het asielvraagstuk als probleem steeds saillanter wordt, waardoor het gevoel van grip eerder af- dan toeneemt. Het feit dat dit een dossier is met een lange adem, helpt niet: oplossingen zijn niet meteen merkbaar. Bovendien hangt het succes af van juridische toetsing van nationale en internationale regelgeving. Maar het belangrijkste is dat met deze aanpak de onderliggende problemen niet worden opgelost. De bestaanszekerheid van mensen verbetert niet wezenlijk wanneer de grenzen dicht zijn. Om hun vertrouwen te (her)winnen is meer nodig.
Aan de linkerkant van het politieke spectrum zien we iets totaal anders. Oppositiepartijen ageren tegen het frame van een asielcrisis, wijzend op de verantwoordelijkheid van Nederland en statistieken die laten zien dat het met de aantallen en druk op de samenleving best meevalt. Op die manier wuiven zij de zorgen van mensen over migratie weg, maar bieden zij geen perspectief voor mensen die zich toch al niet gezien en gehoord voelen. Zo staat het gepolariseerde debat het vinden van echte oplossingen in de weg en wordt de scheidslijn verscherpt tussen mensen aan de ene en andere kant.
Opblazen of ontkennen
Een échte oplossing begint bij het erkennen van de problemen van mensen, door hun zorgen niet te reduceren tot asielhysterie maar de onderliggende behoeftes aan te pakken. We moeten mensen weer grip bieden en investeren in hulpbronnen. Bestaansonzekerheid moet aangepakt worden, net als het woningtekort en de regelgeving voor boeren. Door een positief toekomstbeeld te schetsen van Nederland ontstaat weer hoop, ook als we niet rijker en ‘hoger’ opgeleid worden.
Dat wil niet zeggen dat we niets moeten doen op het gebied van asiel en migratie, of dat we moeten ontkennen dat er problemen zijn met asielzoekers. We moeten alleen niet pretenderen dat het probleem zich vanzelf oplost als er weinig tot geen asielzoekers naar Nederland komen. Daar hebben ook de mensen in Ter Apel of Maarheze niets aan. Het is wél goed om grip te krijgen op de toestroom van mensen, zodat de druk op de samenleving beheersbaar blijft en juist de mensen die echt op de vlucht zijn, hier goed opgevangen worden. We vergeten soms dat iedereen het daar wél over eens is.
Laten we dus stoppen met het opblazen van het asielprobleem en het versterken van het gevoel van controleverlies, maar óók met het ontkennen dat er überhaupt iets aan de hand is. Zo polariseert het vraagstuk verder en gaan we voorbij aan de problemen die schuilen onder de zorgen van mensen. Juist dáár moet onze aandacht liggen.
Deze column van Karen van Oudenhoven verscheen op 13 februari 2025 op de website van het Financieel Dagblad.