Burgerperspectieven 2024 Bericht 3

Dit is de derde editie van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB) die het SCP in 2024 uitbrengt. Met het COB onderzoekt en duidt het SCP hoe mensen het vinden gaan met de maatschappij en de politiek. Uit de resultaten (t/m juni 2024) blijkt dat het vertrouwen van Nederlanders in de politiek schommelt. Rond de Tweede Kamerverkiezingen in november 2023 en bij de aankondiging van het nieuwe kabinet steeg het vertrouwen, maar tijdens de formatie daalde het. Onvrede over wat de politiek bereikt en hoe ze dat doet, blijft echter overheersen. De stemming over het land als geheel blijft somber: 58% van de Nederlanders vindt dat het de verkeerde kant op gaat. Daarnaast vinden meer mensen dat er maatschappelijke conflicten zijn dan in 2023. In het voorjaar van 2024 zag 71% conflict tussen mensen met verschillende politieke opvattingen, in 2022 en 2023 lag dat net boven de 60%.

Auteurs: Sander Kunst, Bram Geurkink, Anne Kuschel en Emily Miltenburg  met medewerking van Claudia Hartman

Beeld: ©ANP

Naast onderzoek naar het vertrouwen van burgers in de politiek en instituties, is voor deze editie van het COB gekeken naar de mening van Nederlanders over internationale samenwerking. De meerderheid van de mensen (63%) wil dat de regering zich minder richt op het buitenland en meer op de problemen in eigen land. Volgens hen is de balans tussen binnen- en buitenland zoek. Dat betekent niet dat mensen vinden dat Nederland moet stoppen met internationale samenwerking. Er is een breed gedeeld besef dat Nederland vanwege de open economie en kleine defensiemacht moet samenwerken met andere landen. Een ruime meerderheid steunt het Nederlandse EU-lidmaatschap (70%) en het draagvlak voor een ‘Nexit’ is klein (10%). Dit zijn de conclusies uit de derde editie van het Continu Onderzoek Burgerperspectieven (COB).

Andere onderzoeken over internationale samenwerking

Over het thema internationale samenwerking, verscheen op  19 november 2024 ook het rapport Grenzen verkennen van Europese solidariteit van Maja Djundeva en Renske Hoefman.

Gebruikte databestanden